Vermogen zonnepanelen in 2018 met meer dan de helft toegenomen

Vermogen zonnepanelen in 2018 met meer dan de helft toegenomen

Ingegeven door een fors subsidiebudget wordt Nederland vol gelegd met zonnepanelen. Afgelopen jaar is het opgesteld vermogen van zonnepanelen met meer dan de helft toegenomen, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Eind 2017 had Nederland iets meer dan 2900 megawatt aan opgesteld vermogen zonnepanelen. Een jaar later, eind 2018, was dat 4400 megawatt. Een stijging van 52%.

Vol netwerk

Dat komt vooral door zonneparken. Die verrijzen vooral op het platteland. In de noordelijke provincies zijn het er zoveel, dat het elektriciteitsnet in delen van Groningen vol is. Er is geen capaciteit meer op het net om nieuwe zonneparken aan te sluiten: de stroomkabels zijn vol.

In 2017 telde Nederland 22 parken met zonnepanelen. Een jaar later waren dat er al 65. Dat betekent dat er bijna elke week wel ergens in Nederland zo’n park werd opgeleverd. In Noord-Nederland zijn de meeste zonneparken te vinden, maar het grootste vermogen aan zonneparken staat opgesteld in het westen van het land.

10 miljard euro subsidie

De hausse aan zonne-energie is direct gekoppeld aan subsidies. Nederland heeft in twee jaar tijd zo’n €10 mrd subsidie toegezegd aan zonnepanelen, zo bleek in november uit cijfers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Daarmee is zon goed voor bijna de helft van de toegezegde overheidssteun.

Deze week stuurde minister Eric Wiebes van Economische Zaken en Klimaat nog een brief naar de Tweede Kamer, waarin hij schreef dat de salderingsregeling tot 2023 zal worden gehandhaafd. Dit houdt in dat bezitters van zonnepanelen voor de opgewekte stroom dezelfde prijs per kilowatt krijgen, als ze betalen voor de stroom die wordt afgenomen.

Met de regeling wordt de zonnestroom die consumenten zelf opwekken afgetrokken van elektriciteit die van het net wordt afgenomen. Vanaf 1 januari 2023 wordt de salderingsregeling stapsgewijs afgebouwd, waarbij de hoogte van het fiscale voordeel geleidelijk afneemt tot nul in 2031, aldus Wiebes.

Meer nieuws